Marjolein Smit: 'Ik dacht dat ik weer nierstenen had'

‘Er zat ineens bloed in mijn urine. Na een paar dagen was het weer over, maar ik ben toch maar even naar de huisarts
gegaan. Die stuurde me door naar de uroloog’, blikt Marjolein Smit terug op die periode, nu een aantal jaar geleden, die haar leven voorgoed veranderde. De uroloog liet een echo maken en daarop was wat afwijkends te zien. ‘Een aantal jaren geleden had ik last van nierstenen, dus eigenlijk verwachtte ik dat dit nu weer het geval was. Mijn arts wilde echter een kijkoperatie doen en toen bleek dat ik geen nierstenen had, maar dat er een kwaadaardige tumor in mijn blaas zat!’

Operatie
Ogenschijnlijk heel nuchter vertelt Marjolein verder: ‘De tumor was dusdanig ingekapseld, dat er maar één mogelijkheid was: mijn hele blaas moest eruit. Omdat de uroloog zei dat dit in principe heel goed te behandelen was, ben ik geen moment in paniek geweest. Ik ben gewoon heel realistisch: het was opereren of doodgaan. Nou, dan is de keuze niet zo moeilijk. De operatie zelf had vooral impact op mijn gezin. Onze kinderen waren toen 7 en 10 en vooral mijn dochter vond het best wel erg om mij in dat ziekenhuisbed te zien liggen. Maar we zijn vanaf dag 1 heel open en eerlijk geweest naar de kinderen toe. Ze hebben me ook wel gevraagd of ik nu dood zou gaan, maar toen heb ik verteld wat de dokter tegen mij had gezegd. Dit was goed te behandelen, dus ik zou waarschijnlijk weer helemaal beter worden. Ik heb me verder helemaal niet ziek gevoeld of pijn gehad. Het scheelt denk ik ook wel dat ik geen chemotherapie hoefde te ondergaan’, beseft Marjolein. ‘Mijn nierfunctie was al slecht door de vele urineweginfecties die ik als jong meisje had en die nierstenen in het verleden. Door de tumor, die recht voor de ureter zat, dat is het buisje tussen mijn nier en mijn blaas, was deze nog verder achteruitgegaan, en was chemotherapie geen optie. Dat zouden mijn nieren niet aankunnen. Het was dus alleen die operatie en nadat ik daarvan was hersteld, ging ik weer door met mijn gewone leven.’

Urinestoma
Toch is Marjoleins leven niet meer net zo ‘gewoon’ als voordat ze kanker kreeg. Omdat haar hele blaas verwijderd is, heeft ze de rest van haar leven te maken met een urinestoma. ‘Ja, dat vind ik best wel een dingetje’, klinkt het eerlijk. ‘Het is lastig om verborgen te houden, want je ziet mijn buik dikker worden wanneer het zakje volloopt. Ik moet het minimaal ieder uur legen. Je hoort de zak ook vaak knisperen. Ik voel me niet echt vrouwelijk meer. Het is niet zo dat dit voor mijn relatie gevolgen heeft gehad, maar wel voor mijn eigen zelfbeeld. Ik begon de laatste jaren juist meer aandacht aan mijn uiterlijk te besteden. Ik droeg strakkere kleding, maar dat kan niet meer. Dat vind ik heel jammer’, klinkt het zacht. ‘Je kunt niet altijd meer zomaar van alles doen. Daar moet je echt eerst over nadenken of het voorbereiden. Zo gingen we deze winter naar een voorstelling van Dancing on Ice. Omdat dit live werd uitgezonden, mocht je niet je zitplaats verlaten om naar het toilet te gaan. Voor mij zou dat betekenen dat ik vier uur lang mijn urinezak niet zou kunnen legen! Over dat soort dingen moet ik van te voren goed nadenken. Ik heb uiteindelijk toestemming van Talpa gekregen om tussendoor één keer naar het toilet te gaan. Dat was voor mij nog te weinig, maar gelukkig kan ik in dat soort gevallen altijd raad vragen aan mijn stomaverpleegkundige en zij raadde me aan om het op te lossen met een catheterzak. Net zoals ik dat ’s nachts doe. Als ik bel, kan ik vrijwel meteen bij haar terecht. Dat is wel heel super. Vooral in het begin heb ik veel aan haar gehad. Ik ben namelijk vrij klein en alle stomazakken waren te groot voor mij. Het was voor haar echt een zoektocht om voor mij de juiste zak te vinden. Ik vind de begeleiding echt super. Ik heb het echt getroffen met iedereen met wie ik in het ziekenhuis te maken heb gehad. Mijn arts is heel recht door zee en dat vind ik erg fijn. Ook de verpleging van de afdeling was heel lief en meelevend. Dat heeft ervoor gezorgd dat het helemaal geen nare tijd is geweest.’ Het was opereren of doodgaan, dus die keuze was niet zo moeilijk. Ik heb wel weer vertrouwen in de toekomst. 

Vertrouwen in de toekomst
Marjolein heeft jaren in de zorg gewerkt. ‘Ik ken de cijfers: 1 op de 3 mensen krijgt kanker. Voor mij stond het gewoon vast dat ik het ook wel een keer zou krijgen. Alleen had ik dan eerder aan baarmoederhalskanker of borstkanker gedacht. Het is nooit in me opgekomen dat ik blaaskanker zou krijgen, en al helemaal niet op deze leeftijd. Toch heb ik wel weer alle vertrouwen in de toekomst. Voor mijn gevoel is de kans dat ik weer kanker krijg, net zo groot is als voor ieder ander’, besluit Marjolein resoluut. ‘Al blijf ik de controles nog wel steeds een beetje spannend vinden. En dan vooral het moment dat je de uitslag krijgt. Dan ben ik onbewust toch wel gespannen. Toevallig was dat vandaag ook het geval. Gelukkig was de uitslag weer goed.’