• NL

Soorten pijn
Bij uw eerste bezoek aan ons Pijncentrum bekijkt de arts welke soort langdurige pijn u heeft. Soms is dit een combinatie van verschillende soorten pijn. Dit is belangrijk voor de keuze van de behandeling van uw pijn.

Acute pijn
Acute pijn is pijn die plotseling optreedt, bijvoorbeeld direct na het verstuiken van een enkel. De oorzaak hiervan is meestal onduidelijk.

Chronische pijn
Chronische pijn is vaak ingewikkelder. Deze pijn bestaat al wat langer, vaak langer dan 3 maanden. Soms is een duidelijke oorzaak te vinden, zoals gewrichtsontstekingen bij reuma, maar vaak is de oorzaak niet (meer) te terug te vinden. De pijn is dan een eigen leven gaan leiden. Dit komt omdat het pijnsysteem gevoeliger is geworden. We noemen dat sensitisatie.

Het onderscheid tussen acute- en chronische pijn is van groot belang omdat chronische pijn veel meer gevolgen kan hebben voor uw kwaliteit van leven. Chronische pijn kan gevolgen hebben voor de kwaliteit van leven maar kan ook leiden tot andere klachten, zoals angst en depressie. Door deze andere klachten kan uw pijn weer erger worden.

Samengevat:

  • pijn kan worden ingedeeld op basis van de periode, waarbij we spreken van acute pijn en chronische pijn (langer dan 3 maanden)
  • pijn kan ook worden ingedeeld op basis van grofweg 5 oorzaken van pijn
  • kennis over het soort pijn is van groot belang bij de behandeling van de pijn
     

Oorzaken van pijn 

  1. pijn door weefselschade (nociceptieve pijn): bijvoorbeeld door een schaafwond of een verzwikte enkel
  2. zenuwpijn (neuropatische pijn): bijvoorbeeld door een beschadigde zenuw na een diepe snijwond of zenuwschade door suikerziekte
  3. orgaanpijn (viscerale pijn): bijvoorbeeld door een blindedarmontsteking
  4. vaatpijn (vasculaire pijn): bijvoorbeeld door een ziekte van de bloedvaten zoals aderverkalking of een verstopping
  5. pijn bij kanker (oncologische pijn): bijvoorbeeld door ingroei van een gezwel

Deze soorten pijn zijn vaak in het dagelijks leven moeilijk te onderscheiden.

1.    Pijn door weefselschade: wat is weefselpijn of nociceptieve pijn?
Nociceptieve pijn ontstaat op het moment dat lichaamsweefsel (bijvoorbeeld de huid of een spier) schade oploopt. Als u bijvoorbeeld uw enkel verzwikt dan ontstaat er weefselschade (bijvoorbeeld een gescheurde enkelband) welke u kunt herkennen aan een zwelling van de enkel. Bij deze weefselschade komen er ter plaatse allerlei stoffen vrij die kleine pijnzenuwlichaampjes (nociceptoren) in de huid en rondom het enkelgewricht prikkelen. Deze geprikkelde pijnzenuwlichaampjes geven via zenuwen seintjes (elektrische stroompjes) naar het ruggenmerg door en vervolgens worden deze seintjes naar de hersenen doorgegeven om uiteindelijk een pijngevoel te geven.

Nociceptieve pijn ziet men vaak bij trauma's (breuk, spierscheuring, wond), ontstekingen (bijvoorbeeld reuma) en na operaties waarbij vanzelfsprekend ook weefselschade is ontstaan tijdens het opereren.

2.    Zenuwpijn: wat is zenuwpijn of neuropatische pijn?
Als u bijvoorbeeld door een snijwond een zenuw hebt beschadigd, dan kan dit na enige tijd leiden tot ernstige pijnklachten. Men noemt dit type pijn ook wel zenuwpijn. De pijn ontstaat doordat de beschadigde zenuw zelf seintjes (elektrische stroompjes) aan het ruggenmerg afgeeft, die vervolgens naar de hersenen worden doorgegeven en uiteindelijk een pijngevoel geven.

Bij neuropatische pijn is men nooit zonder pijn aangezien de beschadiging van de zenuw niet weggaat. Ook kunnen er soms heftige, spontane pijnaanvallen optreden. Dit komt omdat de beschadigde zenuw spontaan ontlaadt (een elektrische stroom afgeeft) en die voelt u als een hevige schietende pijn.

Neuropatische pijn wordt ook veroorzaakt door zenuwen die niet goed functioneren (polyneuropathie). Dit wordt vaak gezien bij patiënten die diabetes (suikerziekte) hebben. Wanneer er zenuwbanen in het ruggenmerg of in de hersenen niet goed functioneren, dan kan dit ook tot neuropatische pijn leiden. Maar omdat deze functiestoornis in het centrale zenuwstelsel (ruggenmerg en hersenen) ligt, noemen we dit ook wel centrale pijn.

3.    Orgaanpijn: wat is orgaanpijn of viscerale pijn?
Als u bijvoorbeeld buikpijn hebt door blindedarmontsteking, dan noemen we dat een viscerale pijn omdat hij veroorzaakt wordt door een ontsteking van de inwendige organen, namelijk de darmen. Dit kan ook voorkomen bij andere inwendige organen zoals lever, maag en longen. Door de ontsteking ontstaat er weefselschade.

Bij deze weefselschade komen er allerlei stoffen vrij die kleine pijnzenuwlichaampjes (nociceptoren) in de inwendige organen prikkelen. Deze geprikkelde pijnzenuwlichaampjes geven via zenuwen seintjes (elektrische stroompjes) aan het ruggenmerg door en vervolgens worden deze seintjes naar de hersenen doorgegeven om u uiteindelijk een pijngevoel te geven.

Viscerale pijn kan dus een nociceptieve pijn zijn zoals bij een verzwikte enkel. Alleen bij viscerale pijn kan men de pijn niet zo precies lokaliseren zoals bij een verzwikte enkel. Bij viscerale pijn wordt de pijn over een groot gebied (diffuus) aangegeven bijvoorbeeld in de onderbuik, links in de buik etc.

4.    Vaatpijn: wat is vaatpijn of vasculaire pijn?
Vasculaire pijn ontstaat op het moment dat lichaamsweefsel onvoldoende zuurstof krijgt ten gevolge van een afgenomen of verstoorde bloedsomloop. Een voorbeeld van vasculaire pijn is de beenpijn die bij patiënten met vaatvernauwingen tijdens het lopen ontstaat (claudicatio intermittens). Op het moment dat weefsel te weinig zuurstof krijgt, raakt het beschadigd en komen er allerlei stoffen vrij die kleine pijnzenuwlichaampjes (nociceptoren) activeren. Deze geactiveerde zenuwlichaampjes geven via zenuwen seintjes (elektrische stroompjes) door aan het ruggenmerg en de hersenen, waarna de patiënt een pijnlijk gevoel ervaart (weefselpijn).
Daarnaast kan het zuurstoftekort ook leiden tot zenuwschade, waardoor men ook zenuwpijn kan ervaren.  

5.    Pijn bij kanker: wat is pijn bij kanker of oncologische pijn?
Oncologische pijn is, zoals het woord 'oncologisch' al zegt, een pijn die ontstaat bij kanker. Dit ontstaat wanneer de tumor in de weefsels en of in de zenuwen doorgroeit, dan kunnen deze beschadigen. Er komen dan stofjes vrij die de pijnzenuwen prikkelen. Dit wordt via het ruggenmerg doorgegeven aan de hersenen en dit geeft een pijngevoel.

Pijn bij kanker bestaat uit een combinatie van de eerder genoemde soorten pijn, namelijk de pijn die direct veroorzaakt wordt door de kanker, zoals:
•    nociceptieve pijn: door ingroei van een tumor
•    neuropatische pijn: als er sprake is van doorgroei in zenuwweefsel
•    viscerale pijn: als het weefsel rondom de organen aangetast is
 
Er kan ook een pijn ontstaan als gevolg van de behandeling van kanker, zoals
•    neuropatische pijn aan handen en voeten als gevolg van chemotherapie
•    een pijnlijke mond (nociceptieve pijn) door slijmvliesontsteking als gevolg van chemotherapie of bestraling of chronische pijn na een operatie

Factoren die uw pijnbeleving beïnvloeden
Pijn is in de eerste plaats een signaal dat er ergens in uw lichaam een beschadiging is opgetreden. Dat leidt tot een reactie die moet voorkomen dat de beschadiging erger wordt. Als je je hand verbrandt, trek je hem snel terug, maar wat daarna gebeurt is voor iedereen anders. Je schreeuwt het uit van pijn of je zegt met de tanden op elkaar dat het wel meevalt. Hoeveel pijn u voelt wordt bepaald door hoe u gewend bent met pijn om te gaan.
Daarbij spelen persoonlijke factoren zoals angst, ziekte, humeur en familie een belangrijke rol. Deze factoren noemen we ‘pijnfactoren’ en ze zijn van grote invloed op de manier waarop u pijn ervaart. Om deze reden is het zeer belangrijk een goed overzicht te krijgen van uw pijnfactoren, zodat deze in uw pijnbehandeling meegenomen worden. 

psychologische factoren biologische factoren   sociale factoren
stress
depressie
verdriet
wie ben ik
schuldgevoel
angst 
ziekte
symptomen
behandeling
erfelijkheid
familie
vrienden
werk
hobby
geld


Biopsychosociaal model
Een behandeling waarbij naar alle pijnfactoren - biologisch, psychologisch en sociaal - gekeken wordt, noemen we het biopsychosociaal model. 

Leren omgaan met pijn
Als zorgverleners doen wij ons uiterste best om uw pijnklachten te verminderen, maar helaas zijn pijnklachten vaak hardnekkig en is het verloop wisselend. Als pijnklachten blijvend zijn, is het belangrijk te leren hoe met de pijn om te gaan. Uw behandelend pijnspecialist en verpleegkundige kunnen u hierbij begeleiden, maar uiteindelijk kunt uzelf de meeste winst behalen. Er zijn allerlei (gratis) hulpmiddelen (cursussen, tools & boeken) die u kunnen helpen beter met uw pijnklachten om te gaan.

Tips van experts

  • blijf actief: Bij chronische pijn leidt pijnvermijding - dat is het vermijden van activiteiten die tot pijn kunnen leiden - tot verergering van de klachten. Pijnvermijding leidt op lange termijn tot een minder actief leven en uiteindelijk tot een afname van de belastbaarheid van het lichaam. Mensen worden minder fit, de conditie gaat achteruit en zo ontstaat een negatieve spiraal: de pijn treedt eerder op en de pijngrens is eerder bereikt. Wanneer u hier hulp bij kunt gebruiken, is het mogelijk de therapie 'graded activity' te volgen
  • voorkom overbelasting: Bedenk waaraan u uw energie het liefst wilt besteden en geef dat voorrang. Deel uw dagen op en verdeel taken goed over de dag
  • houd een dagboek bij en leer kennen waar uw grenzen liggen
  • zoek afleiding en richt de aandacht op positieve aspecten van het leven of heel simpel op de niet pijnlijke lichaamsdelen
     

Lees meer over Noordwest Pijncentrum.

Laatst bezochte pagina's

U bent hier: Omgaan met pijn (pijneducatie)